HISTORISCHE CONTEXT
Het oudste spoor van bewoning in de wijde omgeving van de huidige stad Zoutleeuw dateert uit de achtste eeuw. In deze periode lieten de bisschoppen van Metz een kleine kerk bouwen ter ere van de heilige Sulpitius, met als doel om de lokale plattelandsbewoners te bekeren tot het christendom. De Sint-Sulpitiuskerk wordt verder besproken tijdens de route. In deze periode was er nog absoluut geen sprake van een ‘stad’ Zoutleeuw. De mensen woonden immers verspreid in plaats van dichtbij elkaar op één specifieke plaats. Zo strekte een lappendeken van kleine hoeves zich uit over het landschap, van elkaar gescheiden door bossen en moerrassen.